Voor het gezamenlijk verzoek tot echtscheiding dient met betrekking tot de nationaliteit aan de volgende voorwaarden te worden voldaan:
Wanneer u en uw partner scheiden, heeft u in principe allebei recht op de helft van de bezittingen en de plicht ieder de helft van de schulden over te nemen. Om deze op een juiste wijze te kunnen verdelen, wordt er een echtscheidingsconvenant opgesteld, waarin door u beiden wordt aangegeven op welke wijze de gemeenschap zal worden verdeeld.
De precieze gevolgen van de ontbinding van een huwelijk op huwelijks voorwaarden is afhankelijk van de huwelijkse voorwaarden, welke per geval verschillen. Middels huwelijkse voorwaarden hebben u en uw partner aan het begin van het huwelijk afgesproken op welke wijze de goederen tussen u beiden zijn verdeeld. U kunt echter tijdens uw huwelijk ook gemeenschappelijke zaken hebben aangeschaft, samen rekeningen hebben geopend of schulden hebben opgebouwd die toch nog verrekend moeten worden.
U mag beiden overeenkomen in het echtscheidingsconvenant afspraken op te nemen welke afwijken van de huwelijkse voorwaarden.
Als geregistreerde partners heeft u dezelfde rechten en plichten als gehuwden. De ontbinding van een geregistreerd partnerschap is echter een stuk eenvoudiger. Een verklaring tot beëindiging van het geregistreerd partnerschap opgesteld door een notaris of een advocaat zal naar de ambtenaar van de burgerlijke stand van uw woonplaats worden verstuurd. De ambtenaar zal vervolgens de ontbinding inschrijven in de registers van de burgerlijke stand.
U dient er echter rekening mee te houden dat een eventueel convenant met daarin de door u beiden overeengekomen afspraken alleen executoriale titel heeft wanneer deze door een notaris is opgesteld of wanneer het geregistreerd partnerschap rechterlijk is ontbonden.
Indien er minderjarige kinderen zijn, dan is de ontbinding van het geregistreerd partnerschap alleen mogelijk via de rechter en dient er naast een convenant eveneens een ouderschapsplan te worden aangeleverd.
Vaak wordt een samenlevingsovereenkomst opgesteld bij de aankoop van een woning. In de praktijk is gebleken dat het meestal een standaardovereenkomst betreft, waarin geen vaste afspraken zijn neergelegd ingeval van beëindiging van de samenwoning. Indien u bereid bent met elkaar te willen overleggen teneinde samen afspraken te maken met betrekking tot de beëindiging van de samenwoning, kan Tara Mediation u begeleiden bij het opstellen van de gezamenlijke afspraken en deze vastleggen in een convenant inhoudende de beëindiging van de samenleving al dan niet verwijzen naar een notaris, zodat het convenant een executoriale titel zal krijgen
Na een echtscheiding blijft de verplichting bestaan om voor elkaar en eventuele kinderen te zorgen. Dit wordt de onderhoudsplicht genoemd. Aan deze plicht wordt voldaan door mee te betalen aan de kosten van levensonderhoud oftewel alimentatie. Meestal is er bij alimentatie sprake van een geldbedrag. Betaalt n van de ex-partners bijvoorbeeld de huur en energierekeningen voor de ander, dan is er sprake van alimentatie in natura.
Er geldt een onderhoudsplicht voor:
Leidraad bij het vaststellen van kinderalimentatie is ervoor te zorgen dat het kind er zo min mogelijk op achteruitgaat. Spreekt u samen de hoogte van de kinderalimentatie af, dan toetst de rechter of deze niet te laag is. Spreekt u niets af, dan stelt de rechter de hoogte vast aan de hand van uw inkomen en vaste lasten.
Vaak wonen kinderen na een scheiding bij n van de ouders. De niet-verzorgende ouder is verplicht financieel voor hen te blijven zorgen. Dit gebeurt door betaling van een geldbedrag: kinderalimentatie. De alimentatieplicht duurt tot het kind financieel zelfstandig is of 21 jaar wordt. Of u ook alimentatie betaalt aan uw kinderen, die tussen de 18 en 21 jaar oud zijn, hangt af van het feit of zij in hun eigen onderhoud voorzien. Bij een lichamelijke of geestelijke handicap blijven de ouders soms ook na het 21e jaar onderhoudsplichtig. U en uw ex-partner zijn vrij afspraken te maken over de alimentatie, maar bij minderjarige kinderen toetst de rechter altijd de hoogte van het overeengekomen bedrag. Daarbij is het belangrijk hoe u de gemaakte afspraken over alimentatie vastlegt.
Komt u er samen niet uit, dan bepaalt de rechter hoeveel kinderalimentatie betaald moet worden. Ook stelt de rechter vast wanneer en onder welke voorwaarden betalingen plaatsvinden.
Belangrijk bij kinderalimentatie is ervoor te zorgen dat het kind er zo min mogelijk op achteruitgaat. De rechter stelt de hoogte vast in drie stappen:
Betaalde kinderalimentatie is niet fiscaal aftrekbaar. Wl kunt u als u meer dan een bepaald bedrag per maand uitgeeft aan het levensonderhoud van uw kind, een deel van deze uitgaven als persoonsgebonden aftrek opvoeren. Besteedt u in 2012 minimaal 408 per kwartaal/ 136 per maand aan levensonderhoud (voeding, kleding, sportclub) voor een kind dat jonger is dan 21 jaar dan kunt u van deze regeling gebruik maken.
Voor de voorwaarden en verdere informatie kunt u terecht bij de Belastingdienst . De Belastingdienst kan extra aandacht besteden aan de aftrekpost 'Uitgaven voor levensonderhoud kinderen jonger dan 21jaar'. Dat betekent dat zij u vragen kan stellen om te controleren of u recht hebt op deze aftrekpost en of u het aftrekbedrag goed hebt berekend. U ontvangt dan een vragenbrief van de Belastingdienst. Zij kan u bijvoorbeeld vragen om uit te leggen waarom u geen recht had op kinderbijslag of waarom uw kind geen recht had op studiefinanciering. Ook kan zij u vragen rekeningen en betalingsbewijzen te laten zien van de kosten van levensonderhoud van uw kind.
Let op vanaf 1 januari 2012 is de leeftijd van het kind voor de persoonsgebonden aftrek verlaagd van 30 jaar naar 21 jaar.
Nee, in tegenstelling tot partneralimentatie is kinderalimentatie niet fiscaal belast voor de ouder die het kind verzorgt en onderhoudt,
Ja, maar de duur van de plicht tot het betalen van kinderalimentatie is gelijk aan de duur van het gezamenlijk ouderschap.
Partneralimentatie is een bijdrage in het levensonderhoud. Deze plicht ontstaat als de inkomens tijdens het huwelijk behoorlijk verschillen. U bent vrij samen met uw ex afspraken te maken over de duur en de hoogte. Belangrijk is dat u deze op de juiste wijze vastlegt. Slaagt u er niet in samen afspraken te maken over alimentatie, dan zal de rechter deze voor u vaststellen. Hierbij hanteert de rechter de volgende uitgangspunten: behoefte, verdiencapaciteit, draagkracht. Een draagkrachtberekening wijst uit of de alimentatieplichtige de gewenste alimentatie kan betalen. Er kan nooit meer alimentatie worden betaald dan de draagkracht toestaat.
Vraagt n van de partijen na scheiding een bijstandsuitkering aan, dan zal de Gemeente onderzoeken of de ander een redelijk bedrag aan alimentatie betaalt. De Gemeente kan dan gebruik maken van haar verhaalsrecht. Indien blijkt dat de alimentatieplichtige meer had moeten betalen, dan kan dat bedrag worden verhaald door de Gemeente op de alimentatieplichtige. Zowel de kinderalimentatie als de partneralimentatie wordt, tenzij anders is afgesproken, jaarlijks wettelijk gendexeerd.
U mag beiden overeenkomen dat er geen alimentatie verschuldigd is. U dient zich er wel bewust van te zijn dat een nihilbeding een bijstandsverhaal niet in de weg staat.
Ja, de bijstand die de Sociale Dienst aan uw ex-partner betaalde en op u heeft verhaald is aftrekbaar.
De maximale termijn voor partneralimentatie bedraagt 12 jaar. Duurde uw huwelijk of geregistreerd partnerschap vijf jaar of korter en zijn er geen minderjarige kinderen bij betrokken, dan is de termijn gelijk aan de duur van het huwelijk/geregistreerd partnerschap.
Gebeurtenissen die van invloed zijn op het inkomen of de draagkracht, kunnen aanleiding zijn voor een herziening. Bijvoorbeeld:
Indien zich een wijziging van omstandigheden voordoet, kunt u een verzoek tot wijziging laten indienen. Een rechter kan vervolgens opnieuw het alimentatiebedrag vaststellen.Let wel dat de rechter kritisch bekijkt of u niets te verwijten valt ingeval van wijzigingen in uw persoonlijke omstandigheden. Met andere woorden: een baan accepteren die beduidend minder betaalt, om zo een gunstigere alimentatieregeling te krijgen, zal niet succesvol zijn.
De rechter is bij zijn beslissing uitgegaan van verkeerde gegevens.
U kunt betaalde partneralimentatie in zijn geheel aftrekken als persoonsgebonden aftrek in box 1.
Alimentatiebetalingen, al dan niet in natura, zijn voor de inkomstenbelasting bij de betalende partij aftrekbaar als uitgaven in verband met de inkomensvoorziening en wordt als periodieke uitkering belast bij de ontvangende partij.
De afkoopsom van alimentatie is bij echtscheiding als onderhoudsvoorziening aftrekbaar bij de alimentatieplichtige. Dit is niet het geval als u gescheiden bent van tafel en bed.De afkoopsom is bij de alimentatiegerechtigde belast. Dit is ook het geval indien u gescheiden bent van tafel en bed of indien u beiden duurzaam gescheiden leeft.
Ja, dat kan mits het verzoek uiterlijk binnen 3 maanden na de vervaldatum is gedaan. Alleen bij bijzondere omstandigheden zal de rechter een verlengingsverzoek toewijzen.
Algemene informatie
Tijdens het huwelijk of geregistreerd partnerschap of samenleving is er vaak sprake van een gemeenschap van goederen. De opgebouwde gemeenschap van goederen, ook wel de boedel of het saldo van de gemeenschap genoemd, wordt bij scheiding verdeeld. In principe heeft u beiden recht op de helft van het saldo van de gemeenschap (activa minus passiva).
Tara Mediation begeleidt u te komen tot een goede verdeling, welke zo goed mogelijk is afgestemd op uw beide wensen.
Sommige verdelingen (i.e. onroerend goed, aandelen in een vennootschap) vereisen volgens de wet de tussenkomst van een notaris. Tara Mediation kan u hierbij verwijzen naar notarissen in haar netwerk.
Mocht u beiden overeenkomen dat een van u beiden wordt overbedeeld, dan dient u er rekening mee te houden dat de Belastingdienst de overbedeling als een schenking kan zien, waarover schenkbelasting betaald moet worden. Op de website van de Belastingdienst kunt u gebruik van een rekenhulp Schenkbelasting, teneinde te achterhalen wat het verschuldigde bedrag aan schenkbelasting zou kunnen zijn.
Geschiedt de overbedeling ter voldoening aan een dringende verplichting van moraal en fatsoen, dan is geen schenkingsrecht verschuldigd.De Belastingdienst kan een overbedeling ook zien als een afkoop van de alimentatie, welke het fiscale gevolg heeft dat de alimentatiegerechtigde over de overbedeling inkomstenbelasting dient te betalen.
U kunt de schuld overnemen, maar de crediteur dient hiervan wel op de hoogte te worden gebracht. Zekerheidshalve kunt u de crediteur een kopie van de echtscheidingsbeschikking en het daaraan gehechte convenant, waarin deze afspraak is neergelegd, toesturen.
Zolang de bank hierover geen mededeling van u heeft ontvangen, kan uw ex-partner gebruik maken van deze rekening. Het is raadzaam dit snel aan de bank door te geven. Crediteuren kunnen zich op zijn/haar aandeel verhalen. Als uw ex-partner bijvoorbeeld na de echtscheiding failleert, valt zijn/haar aandeel in het banktegoed in het faillissement.
Het is zaak de hypotheekakte te raadplegen. Soms bent u beiden hoofdelijk aansprakelijk jegens de hypothecaire crediteur. Wanneer slechts een van u beiden de hypothecaire geldlening of het krediet is aangegaan, is de ander na de ontbinding van de gemeenschap voor de helft hoofdelijk aansprakelijk.
Indien u beiden heeft afgesproken dat aan een van u beiden de woning wordt toebedeeld, dan zal degene aan wie de woning is toebedeeld gewoonlijk de hypotheekschuld voor zijn of haar rekening nemen. De ander moet dan door de schuldeiser van zijn of haar aansprakelijkheid worden ontslagen.
Soms verstrekt de hypotheekverstrekker het ontslag niet, omdat het huis een onderwaarde heeft. De bank zal dan bijvoorbeeld alleen een ontslag uit hoofdelijkheid toestaan als er een andere hypotheekvorm en/of wijziging van de aflossingsverplichtingen wordt voorgesteld. Indien u hiermee akkoord zou kunnen gaan, houdt er dan rekening mee dat er extra kosten mee gemoeid zijn. Deze extra kosten dienen te worden verdeeld bij helfte, tenzij anders overeengekomen.
Indien u de hypothecaire lening geheel wenst af te lossen, dient u rekening te houden met een eventuele boete wegens vervroegde aflossing. Wellicht kunt u hierover met de bank onderhandelen. Ook hier is het aan te bevelen de wijze van verdeling van de boete vast te leggen in een convenant.
Indien een van u beiden in de huurwoning achterblijft, kunt u dit in het echtscheidingsconvenant aangeven door te bepalen dat aan u het huurrecht van de echtelijke woning wordt toebedeeld. De advocaat zal de rechter eveneens de toedeling van het huurrecht verzoeken bij het indienen van het gezamenlijk verzoek tot echtscheiding. De toewijzing van het huurrecht zal dan worden vermeld in de echtscheidingsbeschikking.
Algemene info
Per 1 maart 2009 is het verplicht voor ouders die minderjarige kinderen hebben om een ouderschapsplan op te stellen. Een van de redenen voor de opstelling van het wetsvoorstel, de wet voortgezet ouderschap en zorgvuldige scheiding, was de positie van de minderjarige kinderen bij echtscheiding te verbeteren. Sinds 1 maart 2009 omvat het ouderlijk gezag eveneens de verplichting om de ontwikkeling van de banden van het kind met de andere ouder te bevorderen. Een kind over wie de ouders gezamenlijk het gezag uitoefenen, behoudt het recht op een gelijkwaardige verzorging en opvoeding door beide ouders.
Middels een ouderschapsplan kunnen de ouders met elkaar concrete afspraken maken over de wijze van waarop het ouderschap na de scheiding vorm krijgt en samen er zorg voor dragen dat de belangen van hun kinderen worden gewaarborgd.
In het ouderschapsplan moeten in ieder geval de volgende zaken zijn overeengekomen:
Het beëindigen van een geregistreerd partnerschap waarbij minderjarige kinderen betrokken zijn is alleen mogelijk via de rechter en hierbij is eveneens een ouderschapsplan vereist.
U kunt beiden in het echtscheidingsconvenant afspraken opnemen met betrekking tot de kosten van jongmeerderjarige kinderen (18-21 jaar). Aangezien dit een derdenbeding is, dient de door u beiden overeengekomen regeling met betrekking tot de kinderalimentatie aanvaard te worden door de jongmeerderjarige.
Ouders zijn verplicht tot betaling van de kosten van levensonderhoud en studie van jongmeerderjarigen.
Wanneer de rechter een gezagsbepaling gaat nemen, zullen de minderjarige kinderen van 12 jaar en ouder worden opgeroepen om te worden gehoord. Het staat de rechter vrij om te bepalen dat ook kinderen jonger dan 12 jaar zullen worden gehoord. Kinderen zijn niet verplicht om te verschijnen. Het toevoegen van een kindverklaring bij de ingediende stukken zou kunnen volstaan.
Het gezamenlijk ouderlijk gezag blijft na echtscheiding of na (ontbinding van) scheiding van tafel en bed in principe in stand. Als een ouder het eenhoofdig gezag wil, zal dat uitdrukkelijk aan de rechter moeten worden verzocht. De ouders of een van hen kan de rechtbank om een eenhoofdig gezag verzoeken in het belang van het kind te bepalen dat het gezag over een kind of de kinderen aan een van hen alleen toekomt.
Ja, dat is mogelijk.
Indien de vastgestelde omgangsregeling opzettelijk niet wordt nagekomen, dan kan de ouder die niet nakomt strafrechtelijk worden vervolgd wegens onttrekking van het kind aan het gezag.
Ingeval van co-ouderschap verblijven de kinderen afwisselend bij de ene en de andere ouder. Beide ouders dragen, in praktisch en financieel opzicht, min of meer gelijkwaardig bij aan de dagelijkse verzorging van de kinderen. Co-ouders verdelen de kosten van kinderen onderling.
Wegens mogelijke inkomensverschillen tussen beide ouders is het van belang dat u beiden goed afspreekt, welke kosten voor verdeling in aanmerking komen en dat er een verdeelsleutel naar draagkracht wordt afgesproken.
Het is ook aan te raden een gezamenlijke rekening te openen ten behoeve van de gedeelde kosten van de kinderen.
Bij co-ouderschap gaat de Sociale Verzekeringsbank (SVB) er van uit dat het kind tot de huishoudens van beide ouders behoort. Dit houdt dus in dat beide ouders recht hebben op de helft van de kinderbijslag. De SVB geeft er de voorkeur aan de kinderbijslag aan een van u beiden uit te betalen, zij zal u eerst vragen aan wie de kinderbijslag moet worden uitbetaald. U dient dan beiden te regelen op welke wijze de kinderbijslag wordt verdeeld.
Het kindgebonden budget wordt uitgekeerd aan de aanvrager van de kinderbijslag. Het kindgebonden budget wordt dus in tegenstelling tot de kinderbijslag niet aan beide ouders uitgekeerd.
Voor meer informatie kunt u gratis contact opnemen met de Belastingtelefoon 0800-0543 of de website van de Belastingdienst bezoeken.
De Belastingdienst betaalt de heffingskortingen die verband houden met kinderen uit het huishouden aan degene bij wie de kinderen meer dan 6 maanden staan ingeschreven in het bevolkingsregister. Ingeval van echtscheiding of bij co-ouderschap kan dus maar n ouder de heffingskortingen voor hetzelfde kind ontvangen. De combinatiekorting kan door beide ouders worden aangevraagd, mits u beiden een baan heeft.
Voor meer informatie kunt u gratis contact opnemen met de Belastingtelefoon 0800-0543 of de website van de Belastingdienst bezoeken.
Algemene informatie
De pensioenverevening staat los van het huwelijksgoederenregime, daarom vallen de volgens het Wvps te verevenen pensioenrechten ook niet in de huwelijksgemeenschap. De pensioenverevening vindt plaats bij een echtscheiding, scheiding van tafel en bed en de beëindiging van het geregistreerd partnerschap.
Tenzij anders bepaald bij huwelijkse voorwaarden of door u beiden overeengekomen in het echtscheidingsconvenant wordt het door u beiden tijdens het huwelijk opgebouwde ouderdomspensioen zoals aangegeven in het Wvps tussen u beiden verdeeld. Het is derhalve altijd raadzaam contact op te nemen met de desbetreffende pensioeninstanties, teneinde te achterhalen wat er nu aan pensioen is opgebouwd (ouderdomspensioen, partnerpensioen, nabestaandenpensioen). De pensioeninstanties kunnen u het beste uitleggen wat voor u beiden de meest gunstige verdeling is en u eveneens informeren op welke wijze deze verdeling het best in het convenant kan worden opgenomen, teneinde onnodige problemen na de echtscheiding te voorkomen.
Het recht op pensioenverevening is een rechtstreekse aanspraak jegens de instelling die het pensioen uitbetaalt of vanaf de pensioengerechtigde leeftijd uitkeert.
U dient wel binnen twee jaar na de scheiding het uitvoeringsorgaan op de hoogte te brengen van de echtscheiding en de echtscheidingsdatum (moment dat de echtscheidingsbeschikking is ingeschreven in het huwelijksregister of het huwelijksgoederenregister indien het een scheiding van tafel en bed betreft) middels een daarvoor vastgesteld formulier, welke u bij het uitvoeringsorgaan kunt opvragen.
Indien aan voormelde voorwaarde (binnen twee jaar mededeling van echtscheidingsdatum middels vastgesteld formulier aan pensioenuitvoerder(s)) dan ontstaat er geen recht op uitbetaling jegens het uitvoeringsorgaan. De vereveningsgerechtigde heeft dan wel een recht op uitbetaling jegens de pensioengerechtigde op de datum van de pensioeningang.
Onder de toepassing van de Wvps vallen niet de pensioenen welke door de Hoge Raad van verrekening zijn uitgesloten: AOW, AWW, AAW, invaliditeitspensioen en VUT-uitkering.
Ook het bijzonder weduwen- en weduwnaarspensioen wordt niet verevend. Dit pensioen valt niet in de gemeenschap van goederen. Dit pensioen behoort tot het priv vermogen van de echtgenoot die daarop aanspraak heeft.
Buitenlandse pensioenen vallen wel onder toepassing van de Wvps. Het buitenlands pensioen dient echter wel voort te vloeien uit arbeidsvoorwaarden. In tegenstelling tot binnenlandse pensioenen krijgt de vereveningsgerechtigde niet het recht op uitbetaling jegens het buitenlandse uitvoeringsorgaan, maar jegens de pensioengerechtigde.
Nee, het recht op pensioenverevening eindigt alleen in de volgende gevallen:
U kunt dan in het echtscheidingsconvenant aangeven dat u beiden afstand doet van het recht op pensioenverevening. Het is raadzaam om contact op te nemen met het uitvoeringsorgaan, teneinde de juiste formulering neer te leggen in het echtscheidingsconvenant en te voorkomen dat er geen recht op uitbetaling jegens het uitvoeringsorgaan is.
U mag in het echtscheidingsconvenant afwijken van de eerder overeengekomen afspraken bij akte van de huwelijkse voorwaarden. Ook hier is het raadzaam eerst contact op te nemen met het uitvoeringsorgaan, teneinde te bekijken welke mogelijkheid het meest gunstig is voor u beiden en met welke bewoording dit in het convenant dient te worden neergelegd.
Wanneer bij huwelijkse voorwaarden opgemaakt voor 1 mei 1995 is afgesproken tussen u beiden dat het pensioen buiten de gemeenschap valt, dient u er rekening mee te houden dat door de invoering van de wet verevening pensioenrechten het ouderdomspensioen toch gedeeld moet worden met uw toekomstige ex-partner. Indien u dan toch beiden geen pensioen wenst te delen, dient u deze afspraak neer te leggen in het echtscheidingsconvenant.
Ja, u mag afwijken van de Wvps op de volgende punten:
Het uitvoeringsorgaan dient een gewaarmerkt afschrift of een uittreksel met betrekking tot de afwijkende afspraak te worden overhandigd om uitvoering van de door u beiden overeengekomen afspraak te bewerkstelligen.Teneinde misverstanden in de toekomst te voorkomen wordt ook hier verwezen naar het uitvoeringsorgaan voor de meest gunstige oplossing voor u beiden en de juiste bewoording van de bepaling in het convenant.
Pensioenverevening heeft geen fiscale gevolgen. Pas op het moment dat de pensioenuitkeringen worden ontvangen, wordt inkomstenbelasting geheven. Ook conversie van de pensioenrechten heeft geen fiscale gevolgen.
Fotografie: Christina Stoian